
Theedrinken aan de rand van de Sahara.
Eind april 2025 reisde ik samen met mijn twee zonen door het zuiden van Tunesië. Het werd een fysieke tocht vol contrasten, geuren, verhalen en uitzichten die zich diep in ons geheugen nestelden. We trokken door het ruige landschap van het Dahargebergte, waar de zon fel op de droge aarde brandde en de wind stofwolken langs ons heen blies.
Tijdens onze reis werden we ontvangen door Berbers en Nomaden – mensen die weinig nodig lijken te hebben, maar des te meer geven. Hun gastvrijheid was hartverwarmend, hun maaltijden eenvoudig maar smaakvol, bereid met lokale ingrediënten en veel zorg.
Thee drinken speelt een centrale rol in hun dagelijks leven. De thee die ze schenken, Atay Bena’na’, ook wel Berber Whisky genoemd, is afkomstig uit de bredere traditie van Noord-Afrika en wordt bereid met Chinese Gunpowder-thee, verse munt en royale hoeveelheden suiker.
Het is een drankje dat niet alleen dorst lest, maar ook mensen samenbrengt en verbindt.
Tijdens onze wandelingen langs verlaten grotwoningen en berberdorpen, raakten onze benen geregeld de struiken langs het pad – tijm, rozemarijn, wilde munt, waardoor er een aangename kruidige geur opsteeg: aromatherapie in zijn puurste vorm.
’s Avonds, wanneer we moe maar voldaan onze bestemming bereikten, werd ons thee aangeboden met een lokale toets. De basis bleef dezelfde, maar er werd gul toegevoegd wat het landschap ons onderweg had aangereikt: rozemarijn en tijm.
Voor we de Sahara introkken, dronken we ook thee met verse munt. Een heerlijk uitgebalanceerde smaak: krachtig, kruidig en zoet. Een thee die onze indrukken van het land wondermooi weerspiegelde: stoer, aards en intens.
